2de pijler
De wetgever heeft de voorbije jaren ervoor gezorgd dat iedereen beroepsmatig een aanvullend pensioen kan opbouwen, vermits de overtuiging minstens leeft dat het wettelijk pensioen voor het gros van de actieve gepensioneerden enkel zal voorzien in de basisbehoeften.
Werknemers
Tot nu toe kon de werknemer enkel een aanvullend pensioen opbouwen als er een pensioenplan aanwezig is in de onderneming of in de bedrijfssector waar hij/zij werkt. Een werkgever is immers niet verplicht hierin te voorzien. Om te vermijden dat hierdoor werknemers uit de boot vallen, werd een nieuwe vorm van pensioenopbouw voor werknemers in het leven geroepen. Als u geen of een heel laag aanvullend pensioen opbouwt bij uw werkgever of sector, kan u vanaf 2019 zelf beslissen om een vrij aanvullend pensioen op te bouwen.
Wat moet u hiervoor doen?
U moet zelf een pensioeninstelling kiezen. Dit kan een verzekeringsonderneming of een pensioenfonds zijn.
U sluit met deze pensioeninstelling een overeenkomst voor de opbouw van een vrij aanvullend pensioen voor werknemers. De inhoud van deze overeenkomst kan u vrij kiezen binnen het aanbod van de pensioeninstelling. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om een overlijdensdekking te koppelen aan het vrij aanvullend pensioen om uw naasten te beschermen.
Voor alle duidelijkheid: uw werkgever is geen betrokken partij bij deze overeenkomst.
U mag – onder een bepaald plafond - zelf beslissen hoeveel u jaarlijks spaart:
- als u niet bent aangesloten bij een aanvullend pensioenplan van een werkgever of sector, mag u jaarlijks een bedrag sparen gelijk aan € 1.830 (in 2023) of - indien dit hoger is - 3 % van het brutoloon dat u twee jaar voordien kreeg;
- stel dat u in 2021 een loon had van € 50.000 dan mag u in 2023 voor maximaal € 1.830 bijdragen storten in uw VAPW-overeenkomst (3 % van € 50.000 geeft € 1.500 en dit resultaat mag opgetrokken worden tot € 1.830);
- stel dat u in 2021 een loon had van € 70.000, dan mag u in 2023 voor maximaal € 2.100 bijdragen storten in uw VAPW-overeenkomst (3 % van € 70.000 is € 2.100);
- indien u wel reeds bent aangesloten bij één of meer aanvullende pensioenplannen die zijn ingericht door een werkgever of een sector, dan zal het plafond (€ 1.830 of - indien dit hoger is - 3 % van het brutoloon dat je twee jaar voordien kreeg) verminderd worden met de aangroei van uw pensioenreserves in deze pensioenplannen over de afgelopen twee jaren. Daarbij wordt rekening gehouden met de bijdragen die destijds in die plannen werden gestort, maar ook met een deel van het rendement dat die reserves hebben opgebracht.
- als u niet bent aangesloten bij een aanvullend pensioenplan van een werkgever of sector, mag u jaarlijks een bedrag sparen gelijk aan € 1.830 (in 2023) of - indien dit hoger is - 3 % van het brutoloon dat u twee jaar voordien kreeg;
Er is geen minimumbijdrage. U kan ook op elk ogenblik stoppen met het betalen van bijdragen.
U moet uw werkgever melden dat u een vrij aanvullend pensioen wenst op te bouwen. De werkgever zal de door u gekozen bijdrage inhouden van uw nettoloon en doorstorten aan de pensioeninstelling. U spaart dus volledig zelf voor uw aanvullend pensioen: uw werkgever betaalt geen bijdragen.
U zal de stand van uw pensioenrechten kunnen nagaan op de website https://www.mypension.be/nl. Voor elk jaar dat u bijdragen stort, zal u ook een pensioenfiche ontvangen van de pensioeninstelling.
Het aanvullend pensioen kan pas worden uitbetaald als u met wettelijk pensioen gaat.
- Hierop bestaat een uitzondering: als u voldoet aan alle voorwaarden om met (vervroegd) wettelijk pensioen te gaan, maar u besluit om toch nog te blijven werken en het wettelijk pensioen nog niet op te nemen, dan kan u toch al het aanvullend pensioen laten uitbetalen als de pensioenovereenkomst dit toelaat.
Opgelet, kijk goed na hoe de pensioeninstelling uw geld zal beheren en welke kosten worden aangerekend. De wet voorziet immers niet in een bescherming van uw inleg.
In het algemeen kan een pensioeninstelling uw geld op 2 manieren beheren:
een verzekeringsproduct van het type tak 21 is het veiligst: uw inleg wordt beschermd en u krijgt de garantie van een vast jaarlijks rendement.
een verzekeringsproduct van het type tak 23 of het beheer in een pensioenfonds biedt minder zekerheid, omdat er geen gewaarborgd rendement geldt. Deze beheerwijze, waarbij uw inleg wordt belegd in beleggingsfondsen, kan meer opbrengen, maar houdt ook beleggingsrisico's in. De mogelijkheid bestaat dat u bij pensionering minder overhoudt dan de bijdragen die u hebt gestort.
Hoe wordt het VAPW belast?
De bijdragen zijn onderworpen aan een verzekeringstaks van 4,4 % en komen in aanmerking voor een belastingvermindering van 30 % in de personenbelasting. De bedrijfsvoorheffing zal reeds rekening houden met deze belastingvermindering van 30 % op de bijdragen, waardoor er dus slechts 70 % van de bijdragen effectief wordt afgehouden van uw loon.
Bij de uitkering van het aanvullend pensioen bij pensionering of overlijden, wordt het kapitaal belast aan 10 % (33 % bij uitkering in het hierboven beschreven uitzonderingsgeval). Daarnaast is een dubbele sociale bijdrage verschuldigd (een RIZIV-bijdrage van 3,55 % en een solidariteitsbijdrage van 0 % tot 2 %).
Bron: FSMA
Een groepsverzekering is een dekking die een werkgever afsluit voor zijn medewerkers. Deze verzekering kan verschillende waarborgen omvatten op het vlak van pensioen, overlijden en arbeidsongeschiktheid. Ze kan ook een hospitalisatieverzekering inhouden, die gebonden is aan een beroepsactiviteit.
De voordelen van een aanvullend pensioenplan zijn:
- Minder belast dan een loonsverhoging.
- Lage belasting op het ogenblik van het pensioen of bij overlijden.
- Mogelijkheid om het kapitaal te gebruiken voor de bouw, renovatie of aankoop van vastgoed.
- Mogelijke dekking bij overlijden of arbeidsongeschiktheid.
Het kapitaal dat u ontvangt bij uw pensioen, kan op twee verschillende manieren opgebouwd worden:
- De werkgever financiert het pensioenplan voor de volle 100 %.
- De werkgever en de werknemer financieren samen het plan, ieder volgens een vooraf bepaald percentage.
Het aanvullend pensioenkapitaal kan uitgekeerd worden volgens:
- U ontvangt uw kapitaal als u met pensioen gaat.
- U kiest ervoor uw kapitaal om te zetten in een rente, die u periodiek ontvangt vanaf het moment dat u met pensioen bent.
Verandert u van werkgever, dan hebt u meerdere opties:
- U kunt het kapitaal dat u opgebouwd hebt bij de verzekeraar van uw vorige werkgever behouden, en eventueel de waarborgen aanpassen via een onthaalstructuur.
- U kunt het opgebouwde kapitaal overdragen naar de pensioeninstelling van uw nieuwe werkgever.
- U kunt het kapitaal overdragen naar een pensioeninstelling. Die moet de totale opbrengst verdelen tussen de aangeslotenen, naar rato van hun reserves en de kosten beperken volgens de bij Koninklijk Besluit vastgelegde regels.
Aandachtspunt: bij een overdracht altijd nakijken welke de gewaarborgde rentevoet is in het huidige contract aangezien de nieuwe verzekeraar deze waarborg niet mee overneemt!
Zelfstandigen
Een Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen is een zeer voordelige oplossing om een aanvullend pensioen op te bouwen. De zelfstandige, met of zonder vennootschap, kan de bijdragen die gestort worden in een VAPZ aftrekken als beroepskosten. Het inkomen verlaagt hierdoor zodat er minder personenbelasting verschuldigd is tegen maximaal de marginale aanslagvoet van 50 %, te verhogen met de gemeentebelasting, alsook een verlaging op de sociale bijdragen genoten wordt welke maximaal 20,5 % bedragen.
Wat moet u hiervoor doen?
U kan zelf een verzekeringsonderneming kiezen, waarbij wij u graag helpen als onafhankelijk verzekeringsmakelaar.
U sluit met deze pensioeninstelling een overeenkomst voor de opbouw van een vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen. De inhoud van deze overeenkomst kan u vrij kiezen binnen het aanbod van de pensioeninstelling. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om een overlijdensdekking of een aanvullende verzekering risico invaliditeit te koppelen aan het vrij aanvullend pensioen om uzelf en uw naasten te beschermen.
U mag – onder een bepaald plafond - zelf beslissen hoeveel u jaarlijks spaart:
- u mag jaarlijks een bedrag sparen gelijk aan 8,17 % van uw referentie-inkomen wat overeenkomt met uw geïndexeerd netto belastbaar beroepsinkomen van 3 jaar geleden met een maximum van € 3.859,40 (in 2023) in de gewone vapz of;
- u mag jaarlijks een bedrag sparen in de sociale vapz gelijk aan 9,40 % van uw referentie-inkomen waarbij u tot 15 % meer kan sparen dan in de gewone vapz met een maximum van € 4.440,43 (in 2023). In totaal zal 10 % van de betaalde premie aangewend worden voor solidariteitsprestaties zonder medische formaliteiten, die verschillen van verzekeraar tot verzekeraar, waarbij het aangewezen is om dit af te toetsen met uw gewaarborgd inkomen of AVRI rente. De aanvullende waarborgen in het kader van solidariteitsprestaties hebben betrekking op overlijdens- en/of een arbeidsongeschiktheidsdekking.
Er is in principe geen minimumbijdrage, hoewel elke verzekeringsmaatschappij dit contractueel kan vragen. U kan ook op elk ogenblik stoppen met het betalen van de bijdragen.
U zal de stand van uw pensioenrechten kunnen nagaan op de website https://www.mypension.be/nl. Voor elk jaar dat u bijdragen stort, zal u ook een pensioenfiche ontvangen van de pensioeninstelling.
Het aanvullend pensioen kan pas worden uitbetaald als u met wettelijk pensioen gaat.
- Hierop bestaat een uitzondering: als u voldoet aan alle voorwaarden om met (vervroegd) wettelijk pensioen te gaan, maar u besluit om toch nog te blijven werken en het wettelijk pensioen nog niet op te nemen, dan kan u toch al het aanvullend pensioen laten uitbetalen als de pensioenovereenkomst dit toelaat.
De pensioeninstelling zal uw geld beheren in een verzekeringsproduct van het type tak 21, wat het veiligst is: uw inleg wordt beschermd en u krijgt de garantie van een vast jaarlijks rendement tot het einde van het contract. Voor toekomstige stortingen geldt de rentevoet die op dat ogenblik van toepassing is. Bovendien kan een winstdeling genoten worden i.f.v. het financieel resultaat van de verzekeraar en de economische omstandigheden.
Hoe wordt het VAPZ belast?
De bijdragen zijn niet onderworpen aan een verzekeringstaks bij het storten van de premie. Bij de uitkering van de VAPZ, dient U rekening te houden met deze afhoudingen:
- van het kapitaal worden een Riziv-bijdrage (3,55 %) en een solidariteitsbijdrage (0-2 %) afgehouden. Voorts betaalt u een belasting volgens het stelsel van de fictieve rente. Die belasting wordt berekend op het pensioenkapitaal zonder de eventuele winstdeling. Als u effectief actief blijft tot de wettelijke pensioenleeftijd of tot de leeftijd waarop u een volledige loopbaan bereikt volgens de geldende pensioenwetgeving, dan wordt die fictieve rente slechts op 80 % van het pensioenkapitaal berekend, wat uiteraard extra voordelig is.
- van de winstdeling worden eveneens een Riziv-bijdrage (3,55 %) en een solidariteitsbijdrage (0-2 %) afgehouden.
Als u overlijdt vóór uw wettelijke pensioenleeftijd zijn de afhoudingen net hetzelfde. Het enige verschil is dat de fictieve rente dan berekend wordt op het overlijdenskapitaal, zonder de eventuele winstdeling.
Een Pensioenovereenkomst voor Zelfstandigen is een bijkomende oplossing voor zelfstandigen zonder vennootschap om een aanvullend pensioen op te bouwen naast de VAPZ. Als u voldoet aan de voorwaarden voor belastingvermindering, waaronder de 80 %-regel, geniet u 30 % vermindering in de personenbelasting, te verhogen met de gemeentebelasting.
Wat moet u hiervoor doen?
U kan zelf een verzekeringsonderneming kiezen, waarbij wij u graag helpen als onafhankelijk verzekeringsmakelaar.
U sluit met deze pensioeninstelling een overeenkomst voor de opbouw van een pensioenovereenkomst voor zelfstandigen. De inhoud van deze overeenkomst kan u vrij kiezen binnen het aanbod van de pensioeninstelling. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om een overlijdensdekking of een aanvullende verzekering risico invaliditeit te koppelen aan het POZ om uzelf en uw naasten te beschermen.
U mag – onder een bepaald plafond - zelf beslissen hoeveel u jaarlijks spaart:
- Uw totale pensioen (de som van uw wettelijk pensioen en eventuele aanvullende pensioenen) voor een volledige loopbaan van 40 jaar mag niet meer bedragen dan 80 % van uw referentie-inkomen. Het referentie-inkomen is het gemiddelde van de gecorrigeerde inkomsten* van de 3 vorige belastbare periodes (*Het gaat om de winst, baten of bezoldiging van de meewerkende echtgeno(o)t(e), met uitzondering van de meerwaarde en winsten of baten van een vorige beroepsactiviteit, verminderd met de beroepskosten en verhoogd met de sociale bijdragen en de VAPZ-premies als deze al opgenomen zijn in de beroepskosten).
Er is in principe geen minimumbijdrage, hoewel elke verzekeringsmaatschappij dit contractueel kan vragen. U kan ook op elk ogenblik stoppen met het betalen van de bijdragen.
U zal de stand van uw pensioenrechten kunnen nagaan op de website https://www.mypension.be/nl. Voor elk jaar dat u bijdragen stort, zal u ook een pensioenfiche ontvangen van de pensioeninstelling.
Het aanvullend pensioen kan pas worden uitbetaald als u met wettelijk pensioen gaat.
- Hierop bestaat een uitzondering: als u voldoet aan alle voorwaarden om met (vervroegd) wettelijk pensioen te gaan, maar u besluit om toch nog te blijven werken en het wettelijk pensioen nog niet op te nemen, dan kan u toch al het aanvullend pensioen laten uitbetalen als de pensioenovereenkomst dit toelaat.
In het algemeen kan een pensioeninstelling uw geld op 2 manieren beheren:
een verzekeringsproduct van het type tak 21 is het veiligst: uw inleg wordt beschermd en u krijgt de garantie van een vast jaarlijks rendement tot het einde van het contract. Voor toekomstige stortingen geldt de rentevoet die op dat ogenblik van toepassing is. Bovendien kan een winstdeling genoten worden i.f.v. het financieel resultaat van de verzekeraar en de economische omstandigheden.
een verzekeringsproduct van het type tak 23 of het beheer in een pensioenfonds biedt minder zekerheid, omdat er geen gewaarborgd rendement geldt. Deze beheerwijze, waarbij uw inleg wordt belegd in beleggingsfondsen, kan meer opbrengen, maar houdt ook beleggingsrisico's in. De mogelijkheid bestaat dat u bij pensionering minder overhoudt dan de bijdragen die u hebt gestort.
Hoe wordt het POZ belast?
De bijdragen zijn onderworpen aan een verzekeringstaks van 4,4 % bij het storten van de premie. Bij de uitkering van de POZ, dient U rekening te houden met deze afhoudingen:
- van het kapitaal worden een Riziv-bijdrage (3,55 %) en een solidariteitsbijdrage (0-2 %) afgehouden. Voorts betaalt u de afzonderlijke aanslagvoet van 10 % bij een vereffening bij leven vanaf de P-datum (= datum waarop een vervroegde pensionering mogelijk is, dus rekening houdend met de combinatie minimumleeftijd en minimumloopbaan) of bij overlijden. Een afzonderlijke aanslagvoet van 33 % is van toepassing in alle andere gevallen. Die belasting wordt berekend op het pensioenkapitaal zonder de eventuele winstdeling.
- van de winstdeling worden eveneens een Riziv-bijdrage (3,55 %) en een solidariteitsbijdrage (0-2 %) afgehouden.
Aandachtspunt: voor een zelfstandige met een eenmanszaak is er geen twijfel over welke formule voor pensioenopbouw fiscaal het meest voordelig is, de VAPZ of de POZ!
De vennootschap sluit als verzekeringnemer de Individuele Pensioentoezegging (IPT) af en betaalt de bijdragen. De vennootschap kan de bijdragen aftrekken als beroepskost binnen de grenzen van de 80 %-regel en de bijdragen worden niet beschouwd als een VAA in hoofde van de bedrijfsleider, zodat deze niet onderworpen zijn aan de personenbelasting. De bedrijfsleider is zowel de verzekerde persoon in het contract als de begunstigde van het pensioenkapitaal, zelfs indien de vennootschap failliet zou gaan. De opgebouwde reserves blijven verworven ten voordele van de bedrijfsleider.
Wat moet u hiervoor doen?
U kan zelf een verzekeringsonderneming kiezen, waarbij wij u graag helpen als onafhankelijk verzekeringsmakelaar.
U sluit met deze pensioeninstelling een overeenkomst voor de opbouw van een individuele pensioentoezegging. De inhoud van deze overeenkomst kan u vrij kiezen binnen het aanbod van de pensioeninstelling. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om een overlijdensdekking of een aanvullende verzekering risico invaliditeit te koppelen aan de IPT om uzelf en uw naasten te beschermen.
U mag – onder een bepaald plafond - zelf beslissen hoeveel u jaarlijks spaart:
- De vennootschap kan de bijdragen aftrekken als beroepskost, op voorwaarde dat de bedrijfsleider een regelmatige maandelijkse bezoldiging ontvangt en de 80 %-regel nageleefd wordt. Die houdt in dat uw volledige pensioen (de som van uw wettelijk pensioen en de eventuele aanvullende pensioenen) bij een volledige loopbaan van 40 jaar niet meer mag bedragen dan 80 % van uw laatste normale bruto-jaarbezoldiging.
- De bedrijfsleider geniet bijkomend het voordeel dat ook een deel van de voorgaande professionele carrière buiten de vennootschap (tot maximaal 10 jaar terug) kan gefinancierd worden met een zogenaamde ‘backservice’. Dat u in die voorgaande gepresteerde jaren nog geen zelfstandige was, vormt daarbij geen probleem. De bedrijfsleider kan dit bedrag in 1 keer (enige premie) of in meerdere keren (periodieke premie) storten, zelf te kiezen naargelang de winstgevendheid van de vennootschap.
Er is in principe geen minimumbijdrage, hoewel elke verzekeringsmaatschappij dit contractueel kan vragen. U kan ook op elk ogenblik stoppen met het betalen van de bijdragen.
U zal de stand van uw pensioenrechten kunnen nagaan op de website https://www.mypension.be/nl. Voor elk jaar dat u bijdragen stort, zal u ook een pensioenfiche ontvangen van de pensioeninstelling.
Het aanvullend pensioen kan pas worden uitbetaald als u met wettelijk pensioen gaat.
- Hierop bestaat een uitzondering: als u voldoet aan alle voorwaarden om met (vervroegd) wettelijk pensioen te gaan, maar u besluit om toch nog te blijven werken en het wettelijk pensioen nog niet op te nemen, dan kan u toch al het aanvullend pensioen laten uitbetalen als de pensioenovereenkomst dit toelaat.
In het algemeen kan een pensioeninstelling uw geld op 2 manieren beheren:
een verzekeringsproduct van het type tak 21 is het veiligst: uw inleg wordt beschermd en u krijgt de garantie van een vast jaarlijks rendement tot het einde van het contract. Voor toekomstige stortingen geldt de rentevoet die op dat ogenblik van toepassing is. Bovendien kan een winstdeling genoten worden i.f.v. het financieel resultaat van de verzekeraar en de economische omstandigheden.
een verzekeringsproduct van het type tak 23 of het beheer in een pensioenfonds biedt minder zekerheid, omdat er geen gewaarborgd rendement geldt. Deze beheerwijze, waarbij uw inleg wordt belegd in beleggingsfondsen, kan meer opbrengen, maar houdt ook beleggingsrisico's in. De mogelijkheid bestaat dat u bij pensionering minder overhoudt dan de bijdragen die u hebt gestort.
Hoe wordt de IPT belast?
De bijdragen zijn onderworpen aan een verzekeringstaks van 4,4 % bij het storten van de premie. Bij de uitkering van de IPT, dient U rekening te houden met deze afhoudingen:
- van het kapitaal worden een Riziv-bijdrage (3,55 %) en een solidariteitsbijdrage (0-2 %) afgehouden. Voorts betaalt u de afzonderlijke aanslagvoet van
- 20 % als uw pensioenkapitaal op 60 jaar wordt uitgekeerd (16,5 % bij wettelijke pensionering),
- 18 % als uw pensioenkapitaal op 61 jaar wordt uitgekeerd (16,5 % bij wettelijke pensionering)
- 16,5 % als uw pensioenkapitaal op 62, 63, 64 jaar of bij wettelijke pensionering wordt uitgekeerd,
- 10 % als de uitkering van uw pensioenkapitaal op de wettelijke pensioenleeftijd gebeurt of als u een volledige loopbaan heeft bereikt volgens de geldende pensioenwetgeving
en als u professioneel effectief actief gebleven bent tot die leeftijd;
- van de winstdeling wordt eveneens een Riziv-bijdrage (3,55 %) en een solidariteitsbijdrage (0-2 %) afgehouden.
Bij overlijden 16,5 % of 10 % bij uitkering van het pensioenkapitaal vanaf de wettelijke pensioenleeftijd of vanaf de leeftijd waarop een volledige loopbaan bereikt is volgens de geldende pensioenwetgeving en als de aangeslotene effectief actief gebleven is tot die leeftijd. Bij overlijden na ongeval zal dit kapitaal worden belast volgens de fictieve rente.
Medische beroepen
Als u een geconventioneerde arts, tandarts, kinesitherapeut, apotheker, logopedist of zelfstandig verpleegkundige bent, kunt u elk jaar een RIZIV-toelage aanvragen en laten storten in een RIZIV-contract. Dat kost u niets, maar het levert u wel een comfortabel aanvullend pensioenkapitaal op.
Wat moet u hiervoor doen?
U kan zelf een verzekeringsonderneming kiezen, waarbij wij u graag helpen als onafhankelijk verzekeringsmakelaar.
U sluit met deze pensioeninstelling een overeenkomst voor de opbouw van een RIZIV-contract. De inhoud van deze overeenkomst kan u vrij kiezen binnen het aanbod van de pensioeninstelling. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om een overlijdensdekking of een aanvullende verzekering risico invaliditeit te koppelen om uzelf en uw naasten te beschermen.
Het RIZIV stort – onder een bepaald plafond - de tussenkomst rechtstreeks in het verzekeringscontract, dat sterk lijkt op een sociaal VAPZ:
Uw jaarlijkse RIZIV-toelage kan u raadplegen op https://www.riziv.fgov.be/nl/professionals/Paginas/default.aspx
De pensioeninstelling zal uw geld beheren in een verzekeringsproduct van het type tak 21, wat het veiligst is: uw inleg wordt beschermd en u krijgt de garantie van een vast jaarlijks rendement tot het einde van het contract. Voor toekomstige stortingen geldt de rentevoet die op dat ogenblik van toepassing is. Bovendien kan een winstdeling genoten worden i.f.v. het financieel resultaat van de verzekeraar en de economische omstandigheden.
U zal de stand van uw pensioenrechten kunnen nagaan op de website https://www.mypension.be/nl. Voor elk jaar dat u bijdragen stort, zal u ook een pensioenfiche ontvangen van de pensioeninstelling.
Het aanvullend pensioen kan pas worden uitbetaald als u met wettelijk pensioen gaat.
- Hierop bestaat een uitzondering: als u voldoet aan alle voorwaarden om met (vervroegd) wettelijk pensioen te gaan, maar u besluit om toch nog te blijven werken en het wettelijk pensioen nog niet op te nemen, dan kan u toch al het aanvullend pensioen laten uitbetalen als de pensioenovereenkomst dit toelaat.
Hoe wordt een RIZIV-contract belast?
De bijdragen zijn niet onderworpen aan een verzekeringstaks bij het storten van de RIZIV-toelage. Bij de uitkering van uw RIZIV-contract, dient U rekening te houden met deze afhoudingen:
- van het kapitaal worden een Riziv-bijdrage (3,55 %) en een solidariteitsbijdrage (0-2 %) afgehouden. Voorts betaalt u een belasting volgens het stelsel van de fictieve rente. Die belasting wordt berekend op het pensioenkapitaal zonder de eventuele winstdeling. Als u effectief actief blijft tot de wettelijke pensioenleeftijd of tot de leeftijd waarop u een volledige loopbaan bereikt volgens de geldende pensioenwetgeving, dan wordt die fictieve rente slechts op 80 % van het pensioenkapitaal berekend, wat uiteraard extra voordelig is.
- van de winstdeling worden eveneens een Riziv-bijdrage (3,55 %) en een solidariteitsbijdrage (0-2 %) afgehouden.
Als u overlijdt vóór uw wettelijke pensioenleeftijd zijn de afhoudingen net hetzelfde. Het enige verschil is dat de fictieve rente dan berekend wordt op het overlijdenskapitaal, zonder de eventuele winstdeling.
De verschillende mogelijkheden om bijkomende pensioenvoorzieningen aan te leggen via de 2de pijler, worden in de bovenstaande tabbladen geschetst. Het gedachtegoed blijft dat op de wettelijke pensioenleeftijd aanvullende inkomstenstromen noodzakelijk zijn.
Indien gewenst kunnen pensioenkapitalen binnen de 2de pijler op voorhand reeds aangewend worden vóór de wettelijke pensioenleeftijd, meer bepaald om vastgoedplannen te verwezenlijken binnen de EER (de EU + IJsland, Liechtenstein en Noorwegen). De beschikbare mogelijkheden zijn:
- een voorschot op uw opgebouwde pensioenkapitaal opnemen.
- ofwel gaat u een krediet aan en betaalt u het op de einddatum in één keer terug met uw opgebouwde pensioenkapitaal (de zogenoemde wedersamenstelling).
- ofwel geeft u uw pensioenkapitaal als waarborg in pand voor een hypothecair krediet.